Praktijkvoorbeelden
In het bouw- en vastgoed zijn afgelopen jaren verschillende uitdagingen geweest, waaronder de stikstofproblematiek en de PFAS-problematiek, maar ook het doel om vóór 2050 in Nederland een circulaire economie te realiseren.
Zoals de Rijksoverheid aangaf in de Transitieagenda Bouw, neemt de bouwsector 50% van het grondstoffenverbruik in Nederland voor zijn rekening. Veel afval is sloopafval. Circulair en modulair bouwen is binnen de bouwsector nodig om onze leefomgeving duurzaam in te richten. Hiervoor is innovatie nodig, waaronder een nieuwe manier van samenwerken.
Het innovatiepartnerschap kan hierbij een handig hulpmiddel zijn voor zowel aanbesteders als marktpartijen. Het biedt namelijk tal van mogelijkheden in het kader van duurzaam aanbesteden:
- Een vraag naar circulair bouwen, bouwen zonder stikstof-uitstoot of met tegengaan van PFAS, stimuleert bouwers om hierin te investeren;
- De aanbesteder schrijft dan bijv. niet voor hoe de innovatiepartner circulair moet bouwen, maar dat hij (een x percentage) circulair dient te bouwen, waarbij onderzoek en ontwikkeling deel uitmaakt van de opdracht. Dit biedt ruimte voor andere innovatieve oplossingen dan waar de aanbesteder zelf aan dacht;
- Bouwbedrijven investeren hierbij in onderzoek en ontwikkeling en kunnen de ontwikkelde oplossing bij succes aanbieden aan de aanbesteder (zonder het doorlopen van een nieuwe aanbesteding);
- De aanbesteder helpt met eigen kennis en kunde de innovatiepartners die werken aan de oplossingen. De aanbesteder is meer een samenwerkingspartner en niet zozeer de traditionele opdrachtgever;
- De aanbesteder kan afhankelijk van de stand van de techniek en het aantal marktpartijen de aanbestedingsprocedure en de gestelde eisen hierop aanpassen. Bij veel concurrentie kunnen bijvoorbeeld hogere eisen gesteld worden om alleen de meest geschikte bouwers toe te laten tot de gunningsfase;
- De rijksoverheid ziet ook in dat onder andere voor de stikstof-uitstoot het essentieel is om te investeren in emissievrije en -arme werktuigen. Om de sector te ondersteunen en tegelijkertijd een bijdrage te leveren aan andere duurzaamheidsdoelen zoals klimaat en schone lucht, heeft de rijksoverheid innovatiesubsidies bedacht in de B&U (burgerlijke- en utiliteitsbouw, met name woningbouw), de GWW-sector (grond-, weg- en waterbouw) en ombouw (retro-fit). Ook bij aanbesteders ligt een verantwoordelijkheid om hieraan een bijdrage te leveren door bij aanbestedingen rekening te houden met duurzaamheid.
Praktijkvoorbeeld: Sterke Lekdijk
Het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden werkt bij het project Sterke Lekdijk samen met drie innovatiepartners Mourik Infra B.V., Van Oord Nederland B.V. en de combinatie Heijmans Infra B.V. – GMB Civiel B.V. – de Vries en van de Wiel B.V. (het Lek Ensemble). Het project Sterke Lekdijk maakt deel uit van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. In dit programma werken de waterschappen en Rijkswaterstaat samen aan de grootste dijkversterkingsoperatie ooit sinds de Deltawerken. Vanwege de grootschaligheid van het project en de hoge ambities, waren duurzame en innovatieve oplossingen noodzakelijk.
De Lekdijk is een van de belangrijkste rivierdijken van Nederland en beschermt een groot deel van Midden- en West Nederland. Momenteel voldoet de Lekdijk niet meer aan de huidige normen en dient daarom versterkt te worden over een lengte van 55 kilometer. De ambities liggen bij dit dijkversterkingsproject hoog: simpelweg de dijk verhogen of verbreden was geen optie, de dijk moet zodanig versterkt worden dat deze wordt ingepast in het landschap en de omgeving. Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden heeft met het project Sterke Lekdijk marktpartijen uitgedaagd om de dijkversterking emissieloos uit te voeren.
Een beeld krijgen bij dit innovatiepartnerschap? Zie bijvoorbeeld hier, hier en hier.
Praktijkvoorbeeld: De Groene Droom van de gemeente Hof van Twente
De gemeente Hof van Twente heeft in samenwerking met verschillende schoolbesturen en een kinderopvangorganisatie voor het project ‘de Groene droom’ een innovatiepartnerschap gestart in juli 2017. De ambitie is het realiseren van het meest duurzame project binnen Europa op het gebied van de bouw, onderhoud en exploitatie van twee klimaatneutrale kindcentra.
Of zoals uit de aanbestedingsdocumenten volgde:
“Onze ambitie is om samen met innovatieve en enthousiaste marktpartijen, waaronder leveranciers, te onderzoeken op welke wijze de hoge ambities van klimaatneutrale scholen binnen een bouw- en onderhoudsbudget kan worden gerealiseerd en onderhouden. Doelstelling is om in teamverband en op basis van life cycle cost de meest optimale mix van innovaties toe te passen. Op die manier willen we een zo hoog mogelijke kwaliteit realiseren van het binnen- en buitenmilieu voor kinderen, leerlingen en medewerkers. Het streven is om zo klimaatneutraal als mogelijk te zijn.
De aanbesteder wenst een klimaatneutrale school te ontwikkelen, waarbij:
- Innovatieve duurzame producten worden getoetst op basis van hun prestaties en milieu impact;
- Een integraal klimaatneutraal gebouwconcept wordt ontwikkeld, op basis van deze innovaties en in co-creatie met een innovatief team;
- Servicegerichte afspraken worden gemaakt over het onderhoud, beheer en keuringen, op basis van de levenscyclus van de geleverde producten (circa 25 jaar en/of levensduur +5 jaar);
- Energie-exploitatie afspraken worden gemaakt op basis van energievolumes;
- Binnen een vast te stellen budget, dat ook rekening houdt met de toekomstige kosten voor gebruik, onderhoud en het energieverbruik.”
Praktijkvoorbeeld: Kademuren van de gemeente Amsterdam
De gemeente Amsterdam en het ministerie van Economische Zaken werkten samen voor het ‘Innovatiepartnerschap Kademuren’ dat is aangekondigd in oktober 2018.
Het proces om de binnenstedelijke kademuren van Amsterdam te vervangen is complex, waardoor de traditionele aanpak niet snel genoeg zou zijn om de kwaliteit van alle binnenstedelijke kademuren op orde te houden. Innovatie was en is dus hard nodig om de kwaliteit van de kades sneller op orde te krijgen. Marktpartijen werden via het innovatiepartnerschap uitgedaagd om slimme oplossingen te bedenken voor de volgende uitdagingen:
- versnellen van het vervangen van binnenstedelijke kademuren;
- hinder en overlast voor de omgeving verminderen;
- verduurzamen van de kades en uitvoering, met mogelijk behoud van bomen.
De slimme oplossing kon bestaan uit een innovatieve uitvoeringsmethode (bouwwijze), een vernieuwend kademuurconcept (object) of een combinatie van beide. Zestien combinaties hebben zich aangemeld, waarna zes partijen mochten inschrijven en drie combinaties in april 2020 zijn gecontracteerd als innovatiepartners. Het innovatiepartnerschap is zodanig ingericht dat de innovatiepartners voorjaar 2020 starten met een onderzoek- en ontwikkelfase voor hun innovatie. In 2021 kunnen de volledig gevalideerde oplossingen toegepast worden in pilotprojecten, zodat vanaf 2022 de innovatiepartners met de succesvolle toepassingen gecontracteerd kunnen worden.
In de transportwereld worden tal van onderwerpen aanbesteed: concessies voor het openbaar vervoer (tram-, bus- en treinvervoer), maar ook door Rijkswaterstaat voor verschillende producten, diensten en werken. Het Vierde Spoorwegpakket zal ook zorgen voor meer aanbestedingen voor vervoer op het spoor. Het doel van het Vierde Spoorwegpakket is namelijk één Europese spoorwegruimte waarbij spoorvervoerders door heel Europa lijnen kunnen gaan exploiteren.
Het innovatiepartnerschap kan voor de mobiliteit in Nederland en de overige lidstaten een handig hulpmiddel zijn voor zowel aanbesteders als marktpartijen. Het biedt namelijk tal van mogelijkheden in het kader van duurzame oplossingen, innovatieve oplossingen en toekomstbestendige oplossingen:
- Een vraag naar bijvoorbeeld uitstootvrije bussen, stimuleert vervoerders om hierin te investeren;
- De aanbesteder schrijft dan bijv. niet voor hoe de innovatiepartner uitstootvrij moet zijn (bijv. door elektrische bussen), maar dat hij (een x percentage) CO2-vrije bussen dient in te zetten, waarbij onderzoek en ontwikkeling deel uitmaakt van de opdracht. Dit biedt ruimte voor andere innovatieve oplossingen dan waar de aanbesteder zelf aan dacht, zie bijvoorbeeld voor een waterstoftrein;
- Vervoerders investeren hierbij in onderzoek en ontwikkeling en kunnen de ontwikkelde oplossing bij succes aanbieden aan de aanbesteder (zonder het doorlopen van een nieuwe aanbesteding);
- De aanbesteder helpt met eigen kennis en kunde de innovatiepartners die werken aan de oplossingen. De aanbesteder is meer een samenwerkingspartner en niet zozeer de traditionele opdrachtgever;
- De aanbesteder kan afhankelijk van de stand van de techniek en het aantal marktpartijen de aanbestedingsprocedure en de gestelde eisen hierop aanpassen. Er zijn bijvoorbeeld al CO2-vrije elektrische bussen, maar die kennen ook weer nadelen. De opdracht kan dan zodanig worden geformuleerd, dat deze nadelen worden opgeheven door de inschrijvers.
Praktijkvoorbeeld: Project CHARM van Rijkswaterstaat en Highway England
Het CHARM programma had in 2015 als doel om met een slim ICT-platform het verkeersmanagement in verkeerscentrales future-proof te ordenen. In 2018 is de verkeerscentrale in Zuid-Nederland als eerste overgegaan op het platform waar via toekomstige innovatieve functies verschillende doelen behaald moeten worden:
- Betere incidentenafhandeling en verkeersmanagement;
- Kostenbesparing in de operatie;
- Uitbreidbaarheid van het huidige areaal;
- Flexibiliteit in innovatie en samenwerking;
- Mogelijkheid systemen partners te koppelen vergroten.
Dit lijkt gelukt te zijn, gelet op de verschillende vervolg-aanbestedingen en de resultaten in de factsheet van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Bijzonder detail: marktpartijen uit verschillende hoeken, waaronder de mijnbouw, werden betrokken om de innovatie mogelijk te maken.
Praktijkvoorbeeld: ‘Partnership Talking Traffic’
Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft samen met 12 decentrale overheden het innovatiepartnerschap ‘Partnership Talking Traffic’ opgezet in februari 2016.
Het doel van dit innovatiepartnerschap was het ontwikkelen van innovatieve verkeersoplossingen. Ter achtergrondinformatie: voor 2021 was een toename van de filedruk met 38% voorspeld met een bijbehorende economische schade van EUR 1,7 miljard. Aangezien 86% van de Nederlandse bevolking een smartphone heeft, zou daar een oplossing kunnen liggen. Met de ervaringen in Smart Cities, Internet of Things, Mobility as a service enz. in Nederland werd deze aanbesteding aangekondigd met het volgende doel:
“The purpose of this call is to develop, test and deploy innovative cooperative services, starting in 2016 in close cooperation between all concerned and involved parties. The goal of enhancing urban accessibility and end user value is expected to be reached by developing and implementing Cooperative ITS solutions , facilitating near real time digital data exchange between road users, vehicles and traffic light installations and delivering new and/or enhanced services targeted at specific road user assistance functionalities through low latency (<1 second) data distribution and service delivery using cloud computing and telecom/cellular capabilities. The coordinated collection, merging and distribution of assorted public data from for instance roadsides, emergency services, traffic light installations and private data from for instance cars and trucks, portable devices, transport and logistics, will enrich current and new end user services as well as strengthen private business opportunities while eventually lower public expenditure.”
In 2020 is de aanbesteding inmiddels een succes te noemen waarbij “het verkeer het verkeer regelt”: met ongeveer 2.5 miljoen gebruikers worden er real time adviezen onderweg gegeven zodat er sprake is van een betere doorstroming in het verkeer. Zie voor meer informatie hier.
Praktijkvoorbeeld: Treinstellen Schleswig-Holstein
Het volgende voorbeeld is van het Duitse Schleswig-Holstein die in september 2016 een innovatiepartnerschap startte voor de ontwikkeling, vervaardiging, levering en de lange termijn onderhoud van treinstellen met elektrische aandrijving. Het doel van dit innovatiepartnerschap was het realiseren van een aanzienlijke vermindering van de CO2-uitstoot.
Zorg bevat een breed scala aan producten, diensten en werken. Het kan gaan om beademingsapparaten voor academische ziekenhuizen, WMO-diensten en jeugdzorg die via gemeenten worden geleverd aan hulpbehoevenden, maar ook nieuw te bouwen of te renoveren afdelingen van ziekenhuizen.
Zorginnovatie is van alle tijden, maar door de coronacrisis innoveert zorg nog sneller.
Het innovatiepartnerschap kan voor de zorgsector in Nederland en de overige lidstaten een handig hulpmiddel zijn voor zowel aanbesteders als marktpartijen. Het biedt namelijk tal van mogelijkheden in het kader van duurzame oplossingen, innovatieve oplossingen en toekomstbestendige oplossingen. Zo menen wij dat het innovatiepartnerschap dé oplossing kan zijn voor bijvoorbeeld het bereiken van een stille IC in het belang van patiënt (maximale rust) en zorgverlener (voorkomen alarmmoeheid):
- Een vraag naar een stille IC, stimuleert leveranciers en ketenpartners om hierin te investeren;
- De aanbesteder schrijft dan bijv. niet voor hoe de stille IC ingericht moet worden, maar wat de problemen zijn en wat hij opgelost wenst te hebben, te weten: teveel alarmen waarbij een groot percentage ten onrechte afgaat;
- Hierbij maakt onderzoek en ontwikkeling deel uit van de opdracht. Dit biedt ruimte voor andere innovatieve oplossingen dan waar de aanbesteder zelf aan dacht, in plaats van bestaande apparaten en alarmmeldingen uitzetten, bijv. bepaalde apparaten weglaten of met technologie werken en in laten grijpen;
- Leveranciers investeren hierbij in onderzoek en ontwikkeling en kunnen de ontwikkelde oplossing bij succes aanbieden aan de aanbesteder (zonder het doorlopen van een nieuwe aanbesteding);
- De aanbesteder helpt met eigen kennis en kunde de innovatiepartners die werken aan de oplossingen. De aanbesteder is meer een samenwerkingspartner en niet zozeer de traditionele opdrachtgever;
- De aanbesteder kan afhankelijk van de stand van de techniek en het aantal marktpartijen de aanbestedingsprocedure en de gestelde eisen hierop aanpassen. Zo kan het bijv. een relatief korte en interactieve aanbestedingsprocedure zijn met een lange onderzoek- en ontwikkelfase indien dit gewenst is. De procedure kan naar eigen inzicht vormgegeven worden zolang de aanbestedingsrechtelijke kaders in acht worden genomen.
Praktijkvoorbeeld: Uitdrogingsproblemen bij ouderen
Het Deense Market Development Fund is (in samenwerking met drie decentrale overheden) een innovatiepartnerschap aangegaan voor het monitoren en oplossen van uitdrogingsproblemen bij ouderen boven de 65 jaar.
Praktijkvoorbeeld: Patiëntenmonitoring
Het Flevoziekenhuis en Philips zullen projecten starten voor patiëntenmonitoring en verbetering van trans- en extramurale zorg. Philips ging eerder in 2018 al een innovatiepartnerschap aan met Städtische Klinikum München voor het vernieuwen van beeldvormend medisch onderzoek. Met beide projecten worden patiënten meer en beter betrokken bij zorg door technologische oplossingen.
ICT is tegenwoordig een complex geheel van netwerken, opslagmogelijkheden, servers, applicaties en data waarbij meerdere leveranciers meerdere producten en diensten leveren.
Bij aanbestedingen komt ICT vaak als ‘probleem’ aan bod op het moment dat sprake is van leveranciersafhankelijkheid, een zogenaamde vendor lock-in bij de aanbesteder. Hierdoor kan een aanbesteder niet eenvoudig, in kosten en in praktische haalbaarheid/ongemak, overstappen op een andere leverancier. Een tweede vraag die vaak opkomt is dat de aanbesteder iets wenst wat zodanig innovatief is, dat geen enkele leverancier het al in de basis gereed heeft. De vraag komt dan op hoe dergelijke problemen opgelost kunnen worden.
Het innovatiepartnerschap kan een handig hulpmiddel zijn voor zowel aanbesteders als marktpartijen. Het biedt namelijk tal van mogelijkheden in het kader van toekomstbestendige, duurzame en innovatieve oplossingen. Zo menen wij dat het innovatiepartnerschap dé oplossing kan zijn voor bijvoorbeeld voornoemde twee problemen. Een vraag naar een ICT-systeem waar open standaarden en andere leveranciers op kunnen aankoppelen, stimuleert leveranciers en ketenpartners tegelijkertijd om hierin te investeren. Dit zou veel mogelijkheden kunnen bieden voor de administraties van decentrale overheden, maar ook voor systemen bij publiekrechtelijke instellingen zoals (academische) ziekenhuizen alsook waterschappen en RWS.
Praktijkvoorbeeld: Buddy-app
Een groep gemeenten waaronder Alkmaar, Almere, Den Haag, Leiden en Rotterdam is het innovatiepartnerschap met Buddy Payment aangegaan. Dit innovatiepartnerschap heeft tot doel kwetsbare inwoners te kunnen ondersteunen met hun financiën en te voorkomen dat deze inwoners in de schuldsanering terechtkomen. De gemeenten werken hierbij ook samen met bijvoorbeeld Divosa, NVSI en kennispartner Stimulansz.
Inwoners van 89 gemeenten die het minder breed hebben, krijgen de Buddy-app op hun mobiele telefoon. De Buddy-app is een bankapplicatie waarmee personen hulp krijgen bij het doen van hun bankzaken. Deze app houdt tevens in de gaten hoe het met de financiële situatie van de gebruiker gesteld is. Daarnaast kunnen gebruikers vragen stellen en geeft de app tips.
Praktijkvoorbeeld: Project CHARM van Rijkswaterstaat en Highway England
Het CHARM programma had in 2015 als doel om met een slim ICT-platform het verkeersmanagement in verkeerscentrales future-proof te ordenen. In 2018 is de verkeerscentrale in Zuid-Nederland als eerste overgegaan op het platform waar via toekomstige innovatieve functies verschillende doelen behaald moeten worden:
- Betere incidentenafhandeling en verkeersmanagement;
- Kostenbesparing in de operatie;
- Uitbreidbaarheid van het huidige areaal;
- Flexibiliteit in innovatie en samenwerking;
- Mogelijkheid koppeling systemen partners groter.
Dit lijkt gelukt te zijn, gelet op de verschillende vervolg-aanbestedingen en de resultaten in de factsheet van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Bijzonder detail: marktpartijen uit verschillende hoeken, waaronder de mijnbouw, werden betrokken om de innovatie mogelijk te maken.